Van Vientiane naar Luang Prabang
Vientiane is een ruim opgezette stad vergelijkbaar met Oss ;-) en in wezen is daarmee alles gezegd. Het is de hoofdstad van Laos, maar beslist geen metropool zoals Saigon of Phnom Penh. Waarom al die westerse toeristen hier naartoe komen is ons een raadsel. Behalve vierenzeventig tempels (of iets daar in de buurt), allemaal van hetzelfde soort en op een enkele na allemaal van laat in de twintigste eeuw, is er niet veel te zien en te beleven in Vientiane. Webezoeken de gebruikelijke toeristische bezienswaardigheden waaronder 'Pha That Luang' (een grote Stoepa) het nationale symbool van Laos. Verderzijn we niet zo erg onder de indruk. Ook de kade aan de Mekong (er wordt ook nog aan gewerkt) is niet indrukwekkend. Het meest grappige dat we zien is wel het Boeddha-park zo'n twintig kilometer buiten de stad. Niet meer dan een verzameling van ongelofelijk grote en groteske beelden van zowel Boeddha- als Hindoestijl. Gewoon van beton en sterk verwaarloosd, maar nog steeds een zondagsuitje voor de locale bevolking. De invloed van de Efteling is in dit park duidelijk te zien ;-)
Een aardig detail over Vientiane (Vieng Chan): begin jaren zeventig stond de stad bekend als een poel der verderf. 'De bordelen zijn schoner dan de hotels, marihuana is goedkoper dan tabak en opium is gemakkelijker te verkrijgen dan een koud glas bier', werd destijds gezegd. Wij kunnen jullie verzekeren dat het Communistisch regime daar na de revolutie korte metten mee gemaakt heeft. Hoewel we wel weer wat oudere westerlingen met jonge Loatiaanse vrouwen zien. We verlaten Vientiane weer snel en zonder wroeging.
Honderdzestig kilometer noordelijker komen we in Vang Vieng aan de rivier Nam Song. Het is een klein plaatsje in een prachtig Karstlandschap. Doet ons een beetje denken aan de Dolomieten in Noord Italie. Een ongelofelijk mooi berglandschap waardoor het dorpje volledig is ingenomen door budgetreizigers (niet te verwarren met backpackers), voornamelijk Amerikanen en Engelsen. Het plaatsje zelf is een aaneenschakeling van guesthouses, bars, massagesalons, hotels, restaurants en internetcafés. Een plaats die zo wordt ingenomen door toeristen krijgt dan uiteraard te maken met de gebruikelijke overlast.
Westerlingen die kayaken, wandeltochten maken met een gids, klimmen en .... vooral eten en zuipen. Het meest opmerkelijke vonden wij wel de restaurants waar een soort Japanse eettafeltjes dienst deden als liggende TV-banken waar vooral gekeken werd naar oude afleveringen van Friends (zie foto). Toerisme is wel de belangrijkste bron van inkomsten voor de plaatselijke bevolking, dus wij zeggen verder niets!
Wij blijven toch één dag om het prachtig berglandschap te bekijken. We huren daarvoor een scooter en dan blijkt het niet zo gemakkelijk wanneer je de verharde wegen verlaat. We hebben de scooter een zware dag bezorgd, hele mooie dingen gezien en uiteraard een grot bezocht, maar dan wel één zonder gids en als enige toeristen in de buurt. Het landschap heeft ons hart gestolen en zeker de plaatsen waar toerisme nog geen vat op heeft, zoals afgelegen dorpjes in de bergen aan een zijriviertje met glashelder water.
Een dag later reizen we via een prachtige route door de bergen naar Phonsavan. Van het karstlandschap van Vang Vieng met haar door regenwater gebeeldhouwde bergtoppen, naar een Alpenachtige (uiteraard zonder sneeuw), indrukwekkende bergketen. Nog geen snelwegen of tunnels te bekennen. Alles via haarspeldbochten met een buschauffeur die zijn persoonlijk record van gisteren trachtte te verbeteren (vandaag precies vijf uur en 57 minuten). Twee reispilletjes en twee blikjes cola zijn maar net voldoende voor Annemarie om ook van het fenomenale landschap te genieten. Als we op de hoogvlakte van de provincie Xieng Khuang komen wordt het langzaam glooiend en heel groen. Het lijkt een beetje op een heuvelachtige, grote golfbaan.
We komen in het stadje Phonsavan, niet veel meer dan een lange straat met huisjes en een markt. Het is de hoofdstad van de provincie en een mooie uitvalsbasis voor 'de vlakte der kruiken': meer dan 400 staande, hellende en liggende kruiken varierend in hoogte van 40 cm tot 3 meter en hebben een doorsnede tot 2,5 meter. De zwaarste kruik weegt 6 ton. Volgens de legende bevrijdde een heldhaftige Zuid-Chinese koning de bevolking en werd er dagenlang feestgevierd met gigantische hoeveelheden rijstwijn uit hele grote vaten. De mannen waren veel groter dan de mensen nu, dus moet je wel hele grote kruiken hebben om hun dorst te lessen.
De kruiken zijn waarschijnlijk meer dan 2000 jaar oud en de makers behoorden tot een megalithische beschaving van onbekende afkomst, zover wij kunnen achterhalen. De vraag is; hoe zij de vaten (waarschijnlijk urnen) met primitieve middelen konden maken? Wellicht een vraag voor onze jonge onderzoekers binnen WON.
Een ander belangrijk gegeven over Laos en vooral deze regio is de enorme hoeveelheid oorlogsschroot dat is overgebleven van de Amerikaanse bombardementen. Laos is het meest gebombardeerde land ter wereld. Onder andere omdat de Ho Chi Minh-route door Oost-Laos liep en de Amerikanen dat gebied met tienduizenden clusterbommen bestookten. Vervolgens wierpen de Amerikaanse piloten, die na een luchtaanval op Noord-Vietnam terugkeerden naar hun basis in Thailand, de niet-gebruikte bommen willekeurig boven de provincie Xieng Khuang af. Elke clusterbom bevatte honderden kleine bommetjes of bombi's die nog steeds hun tol eisen. Ze liggen over een groot gebied verspreid in velden en akkers.
De bevolking van deze provincie profiteert van de overblijfselen van de oorlog. Bomkraters doen dienst als visvijver en waterreservoir. De langwerpige hulzen van clusterbommen worden gebruikt als fundering voor hun huizen, als afscheiding van het terrein of als decoratie. We zien daar verschillende voorbeelden van.
We gaan ook naar de oude hoofdstad Xieng Khuang. De stad is in de Indo-China oorlog door de Amerikanen nagenoeg platgebombardeerd. Er zijn dus slechts ruines over. Op de terugweg doen we wat etnische dorpen aan. In de dorpen van de Hmong zien we zelfs oud oorlogsschroot als pilaren voor een schuurtje.
Een aardig detail over de Hmong-mannen (dames even oren dicht) is dat ze meerdere vrouwen mogen hebben. Een man die het zich kan veroorloven trouwt op zijn twintigste, dertigste en veertigste levensjaar met een meisje van ongeveer 16 jaar. De eerste twee vrouwen om de kost te verdienen en de derde om het geld mee op te maken.
Wim is daar gelukkig te oud voor dus... gaan we weer verder naar Phou Khoun, een klein dorpje in het berggebied op zo'n achtienhonderd meter hoogte. We zijn daar de enige 'vreemdelingen'. Kinderen roepen steeds 'sabaidee falang': 'hallo vreemdelingen'. Ze waarschuwen elkaar en rennen naar een plek waar ze ons veilig kunnen gadeslaan, en zwaaien en roepen als we voorbij zijn.
We zijn de budgetreizigers ontvlucht en gaan wandelen in de bergen. We zien op enig moment een pad naar boven en klimmen omhoog. Het is het begin van een fantastische wandeling in de bergen. We vermoeden uiteindelijk in een bergdorpje uit te komen, maar na twee uur lopen geven we het op en lopen terug. Wat een prachtig landschap zo weg van alle leven. We komen op een soort handelspad, dwars door de bergen, waarover de dorpsbewoners hun waren naar de marktjes in de dorpen en stadjes brengen. Eén voorbijganger is wel heel confronterend, een vrouw van ongeveer tachtig jaar met een heel zware rugmand op weg naar de markt (zie foto). Al met al zijn we zo'n vier uur onderweg.
Bij terugkomst halfweg de middag, smaakt 'Beerlao' extra lekker. Plotseling valt een hevige mist in en voor het eerst moeten we een vest aan. Het blijkt een regelmatig voorkomende mist te zijn die rond de bergtoppen blijft hangen. Voor ons erg vreemd omdat het door de wind wel op rook lijkt, maar voor de plaatselijke bevolking een bekend verschijnsel.
Op enig moment horen we van hogergelegen gebouwen muziek komen. We lopen naar boven en komen bij 'the administration-office' van het districtsgebied waar de jaarlijkse bijeenkomst geweest is. Op de bijeenkomst waren alle bestuurders uit het district vertegenwoordigd en de bijeenkomst wordt zoals gebruikelijk afgesloten met een feest. En daar zitten wij dan opeens middenin een regionaal feestje in een dorpje waar verder helemaal niks te doen is. We worden met buigingen ontvangen en moeten gaan zitten en vooral drinken. De gouveneur van het district komt een praatje maken en we moeten bij hem aan tafel komen zitten. Na wat beleefde plichtplegingen weten we te ontkomen aan het feestgedruis voordat we moeten gaan zingen (karaoke) en Lao-dansen. Om negen uur gaan we naar bed, het dorp is donker en uitgestorven, kroegen zijn er niet.
De volgende ochtend is het wachten op de bus naar Luang Prabang, onze volgende bestemming. Een dienstregeling is er niet; je moet gewoon op de kruising midden in het dorp wachten en vooral zwaaien als de bus in zicht komt.
Reacties
Reacties
Mooie verhalen en prachtige foto,s.
Prettige voortzetting van jullie reis.
Groetjes,
Hoi Wim en Annemarie,
Ga vooral door met jullie mooie verhalen en prachtige foto's. 't Is telkens weer genieten!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}